Profillet Anne-Marie
Profillet
csm_thumb_medium_09acfe53c4
csm_thumb_medium_dc523e3ec7

Anne-Marie Profillet (1898 -1939)

Anne-Marie Profillet zag het levenslicht te Rennes in 1898. Haar vader was een beroepsmilitair (commandant van een artillerie eskadron), en ze groeide op als jongste van vier meisjes. Ze liet zich al snel opmerken door haar wilskracht en haar scherp verstand. Hoewel haar vader regelmatig naar een nieuwe standplaats overgeplaatst werd en Anne-Marie regelmatig zich diende aan te passen aan een nieuwe omgeving en een nieuwe school, slaagde ze in het nationale eindexamen Frans met een (bijna nooit toegekende) perfecte score van 20/20, waardoor ze volgens de examencommissie voorbestemd was voor een carrière als schrijver of professor in de Franse literatuur.

Haar liefde voor tekenen was echter groter dan haar liefde voor de Franse taal en ze nam lessen tekenen en schilderen bij Professor Biloul in de “Ecole de Paris”. Deze doceerde schilder- en tekenkunst in de lijn van de grote academische Franse traditie. Anne-Marie wilde oorspronkelijk zijn en vond de lessen van Biloul nogal slaapverwekkend. Tegelijkertijd volgde ze ook les bij Paul Vitry aan de ‘Ecole du Louvre’. Paul Vitry zag toe op de beelden galerij van het Louvre en wist bij Anne-Marie enthousiasme voor de beeldhouwkunst op te wekken. Eerder dan lessen over de beeldhouwkunst bij te wonen wilde Anne-Marie Profillet zelf leren beeldhouwen en ze schreef zich in,  in de “ Ecole des Beaux Arts” en volgt er les bij Edouard Navellier. Navellier was een animalier, een genre dat Anne-Marie Profillet welgenegen was, omdat het genegeerd werd en als minderwaardig beschouwd door de traditionele academische kunststromingen. Samen met haar medeleerlingen boetseert ze in de Jardin des Plantes in Parijs. Via Navellier leert ze dieren modelleren in plaaster en klei, maar ze leert ook de ‘taille directe’, een arbeidsintensieve werkwijze die haar voorkeur wegdraagt. Haar medeleerling en vriend Charles Artus vindt dat het fysieke labeur van de “taille directe” niets is voor een vrouw. Hij biedt haar aan om in haar plaats de beelden in hout en steen te beitelen. Een aanbod dat ze weigert omdat Profillet geniet van de fysieke arbeid en de confrontatie met de weerbarstige materie.

In 1926 stelt Anne-Marie Profillet voor het eerst haar beelden tentoon op het herfstsalon in Parijs. Haar beelden kennen bijval en een aantal worden gereproduceerd en uitgegeven door de Manufacture de Sèvres.

Al boetserend in de Jardin des Plantes wordt ze in 1929 benaderd door François Pompon, het begin van een wederzijdse vriendschap, appreciatie en respect die tot de dood van Pompon in 1933 zal duren. François Pompon weigert leerlingen, maar omringt zich wel met jongere artiesten van wie hij de originaliteit en het talent erkent, en die hij begeleidt en raad geeft. In 1931, in navolging van een traditie die opgestart werd door Georges Gardet, nodigt Pompon een aantal beeldhouwers uit om deel uit te maken van een groep beeldhouwers die de geschiedenis in zal gaan als “de groep van de twaalf”. Naast Pompon, die optreedt als een soort opperhoofd en uithangbord, zijn er zijn jongere vertrouwelingen en discipelen, Paul Jouve, Jane Poupelet, Adrienne Jouclard en Anne-Marie Profillet. Deze vijf worden aangevuld met andere vooraanstaande kunstenaars beeldhouwers zoals Charles Artus, Gaston Chopard, Georges Guyot, Georges Hilbert, Marcel Lémar, André Margat, Jean-Claude de Saint-Marceaux. Deze groep beeldhouwers/ Kunstanaars stelt tentoon in de  Salons de l'Hôtel Jacques-Émile Ruhlmann in 1932 en 1933 en nodigt eveneens andere verdienstelijke kunstenaars uit zoals Auguste Tremont, Armand Petersen, Herbert Haseltine en Simon Bussy. De plotse dood van haar vriend François Pompon, na een prostaatoperatie, in 1933 is een slag voor Anne-Marie. De dood van haar moeder in 1938 bedroeft haar diep. Sinds haar longvliesontsteking in 1927 heeft Anne-marie een zwakke gezondheid. Na de dood van haar moeder verslechtert haar gezondheid. Er wordt besloten tot een ziekenhuisopname en een operatie, waaraan ze uiteindelijk bezwijkt op 6 juni 1939. Ze heeft dan de leeftijd van 40 jaar.

Ze laat een oeuvre na van een zeventigtal werken. Soms wordt ze beschouwd als een imitator van Pompon. Maar Pompon bewonderde Anne-Marie Profillet, niet alleen omwille van de technische uitvoering van haar beelden maar omdat ze er in slaagde om iets spontaans en onverwachts af te beelden in de dieren die ze portretteerde.

Bron Louis Gillet Revue des deux Mondes , Vol 74 Nr 3 (1 avril 1943)